Jij bent hier omdat je hebt gezocht op: Moderne methode bij het opsporen van criminelen. Dat klinkt aardig interessant he? Toch zijn er steeds nieuwere snufjes van opsporingsdiensten en overheidsinstanties zoals de politie, recherche e.d. om criminelen op te sporen. Wij leggen je hier dus uit hoe dat opsporen van criminelen gaat.
DNA Onderzoeken
Sinds 1994 kan de onderzoeksrechter bij een ernstige overtreding (wanneer gevangenisstraf van zes jaar of meer) en een dringend bevel nodig is bloed afnemen van een verdachte. Met de vooruitgang van de DNA-technologie betekent dat het ook mogelijk is om voldoende hoeveelheden DNA uit het slijm van de wangen te halen. Deze bevoegdheden worden met de dag van vandaag nog steeds uitgebreid. Sinds 2001 kan de officier van justitie ook de criminelen verplichten DNA-onderzoek te laten doen aan hun lichaam en of sappen, speeksel etc.
Daarnaast kan DNA-onderzoek worden uitgevoerd. De eerste is macht creëren om DNA-materiaal te gebruiken dat bij een misdrijf is gevonden om de waarneembare kenmerken van de verdachte af te leiden. Een seconde extension gaat over het maken en vullen van een DNA-database. In de jaren negentig werden verslagen van veroordeelden met DNA-documentatie verkregen. Omdat niet alle strafzaken een DNA-test vereisen of mogelijk is, is het aantal DNA-profielen in de database nog beperkt. Standaard is het om het DNA-profiel van elke persoon op te slaan voor iemand die veroordeeld wordt voor een misdrijf waarop een straf staat van vier jaar of meer. Het aantal opgeslagen records groeit snel: van 6.000 records in 2004, sinds de nieuwe wet van kracht werd tot 50.000 in februari 2008. Als iemand toch niet meer verdacht word van een strafbaar feit kan het Nederlands Forensisch Instituut (NFI), de databasetoezichthouder, DNA-profielen uit de database moeten en of kunnen verwijderen. (Vedder et al. 2007).

Uitwisseling opsporing criminelen
In 2007 bereikten de EU-ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken een akkoord gesloten op de uitwisseling van DNA-informatie van verdachten en veroordeelden, in als onderdeel van de strijd tegen grensoverschrijdende criminaliteit. Dat noemen ze dan het verdrag van Prüm. Tegenwoordig is dat zelfs actief in 27 landen van de Europese Unie. Volgen De Europese privacy waakhond Peter Hustinx gaat het te snel met deze uitbreiding. Verschillende landen hebben verschillende criteria voor opname in een DNA-bestand en hebben verschillende regelgeving voor gegevensbescherming. In deze situatie kunnen burgers niet weten hoe ze gerechtigheid kunnen bereiken als ze valselijk beschuldigd worden.
juni 2007). Momenteel wordt een kaderbesluit over de bescherming van persoonsgegevens genomen, waarbij minimale waarborging word geboden voor het gebruik van gegevens in juridische samenwerking. Er is kritiek op het concept besliskader. Het (uitgebreid) uitzondering op het doelbeperkingsbeginsel. Bovendien mogen de lidstaten beslis zelf of u de in het kader van EU-samenwerking verzamelde gegevens gebruikt of uitwisseling, aan derde landen of internationale organisaties.
Er zijn dus nogal wat vraagtekens bij deze moderne technieken om criminelen op te sporen. Zo zijn er nog de vragen:
- De bewijswaarde van DNA-onderzoek lijkt lager dan vaak wordt aangenomen is goedgekeurd. Dit roept de vraag op hoe meer? Kan de aandacht vestigen op het belang van een goede interpretatie van DNA-gegevens?
- Onzekerheid over de effectiviteit van grootschalig DNA-onderzoek misdaad op te lossen. Vanwege het hogere risico op "incompatibiliteit", Grotere DNA-databanken leiden niet automatisch tot een grotere pakkans. misschien hiervoor een optimale vinden?
- Welke maatregelen kunnen worden genomen om de wet beter te beschermen? Burgers onder voorbehoud van vernietigingsverplichtingen, doelbeperkingen, uitwisseling van gegevens?
Cameratoezicht
Deze moderne technieken wordt al gebruikt om criminelen op te sporen, maar de kwaliteit van de camera's verbeteren natuurlijk ieder jaar met de nieuwste snufjes, gadgets en kwaliteit.
Het gebruik van toezichtcamera’s in het publieke domein is in Nederland een betrekkelijk nieuw fenomeen. Rond 1999 begonnen lokaal de eerste experimenten en sindsdien is het gebruik van camera’s in de openbare ruimte alleen maar toegenomen. Gemeenten zetten steeds vaker camera’s in, met als doel de veiligheid te verbeteren en overlast te verminderen. Cameratoezicht op openbare plaatsen wordt vooral toegepast in uitgaans- en winkelcentra, op bedrijventerreinen en op en rond stations. Het grootste deel van de gemeenten ziet cameratoezicht als een aanvulling op andere maatregelen als surveillance en betere verlichting (Dekkers et al. 2007), Wet op cameratoezicht op openbare plaatsen (2006).

Gebruiksvoorwaarden camera's op openbare plaatsen is soms een gevoelig probleem om de moderne opsporing van criminelen aan te pakken. Gemeente kan besluiten toestaan, in het kader van de handhaving van de openbare orde, om de camera te installeren. De burgemeester bepaalt de duur van de functie en geeft de openbare plaatsen aan waar de camera's zullen worden geplaatst en hij verklaart ook hoe lang het opgenomen beeld live wordt bekeken. Bewakingscamera's moeten de aandacht van mensen kunnen trekken, bijvoorbeeld door borden te plaatsen dat er gefilmd word door beveiligingscamera's. Er moet dan ook worden vermeld:" Wet op de politieregistraties en kan worden gebruikt voor onderzoek of vervolging strafbare feiten (Vedder et al. 2007)". Cameratoezicht is toegestaan als andere middelen niet effectief blijken te zijn. Er mag alleen cameratoezicht worden gehouden als de inbreuk op de privacy van derden zo laag mogelijk is. Camerabeelden kunnen slechts voor een beperkte tijd worden opgeslagen. Mensen behoudt zich het recht voor tot inzage en verbetering, toevoeging, verwijdering en bescherming persoonlijke gegevens.
Effect van cameratoezicht
Uit een evaluatieonderzoek van Regioplan blijkt dat de impact van videobewaking nog altijd vrij onduidelijk is. Over de moderne methode om criminelen op te sporen is niet veel duidelijkheid gekomen. Objectieve veiligheid (gemeten in misdaadcijfers) na de introductie van CCTV in verschillende steden steeg, maar daalde in andere centraal gelegen steden. Bewakingscamera's lijken niet om nachtelijk geweld tegen te gaan, maar kan een positief effect hebben op mishandeling en (auto)diefstal en vergroten de kans op aanhouding na een incident. Dit zou dus een best effectieve methode zijn om criminelen op te sporen. (Dekkers et al. 2007). Mede vanwege de impact op de subjectieve veiligheid en op het veiligheidsgevoel van mensen is er ook een discussie ontstaan. Overheidsinformatie (2006) geeft aan dat surveillance door camera's de subjectieve veiligheid aanzienlijk kan toenemen. Er zijn verschillende redenen waarom het effect van bewakingscamera's niet duidelijk is. Ten eerste zijn de doelen van videobewaking vaak vrij algemeen geformuleerd. Ze geven dan vrijwel altijd aan; “het verhoogt de veiligheid voor burgers” of “hiermee verhogen we de veiligheid op de openbare orde – dit maakt deze doelen moeilijk meetbaar. De effecten worden ingewikkeld omdat cameratoezicht tot meer incidenten kan leiden en worden gesignaleerd en slachtoffers zijn meer bereid om aangifte te doen wat leidt tot een toename van geregistreerde criminaliteit.

Cameratoezicht is vaak onderdeel van een pakket aan maatregelen, waardoor het onduidelijk is In hoeverre is het effect hiervan toe te schrijven aan cameratoezicht? (Dekkers et al. 2007). Veel stadsrecensies suggereren dat het bekijken van livebeelden een belangrijke voorwaarde is voor succesvol cameratoezicht. Op basis van signalen van door de meldkamer kan de politie bij een incident gerichter worden ingezet, dus efficiënter het gebruik van politiecapaciteiten. De controlekamer is ook zoombaar in de meeste situaties, waardoor het gemakkelijker wordt om verdachten te identificeren. Kijk live beeldvorming is een relatief dure maatregel.
Cameratoezicht kan rekenen op een breed maatschappelijk draagvlak. De gewone burger lijkt over het algemeen een beetje niet te moeilijk te doen betreft hun privacy schending. Het belang voor moderne opsporingsmethode om criminelen aan te pakken lijkt vele malen groter dan hun privacy. Een aandachtspunt hierbij is dat burgers niet altijd weten dat ze zijn gefilmd. Beleidsonderzoeker Ger Homburg merkte hierover op dat de steun van de bevolking minder zou zijn, als misschien mensen wisten hoeveel ze eigenlijk gefilmd zouden worden op een dag. De situatie in het VK, het leidende land in het gebruik van CCTV geeft ook duidelijk signalen. De meeste Britse burgers steunen beveiligingscamera. Hoewel er meer dan 100 camera's zijn die Holloway Road in de gaten houden in Londen, zijn de straten daar nog altijd erg gevaarlijk en is de moderne methode om criminelen op te sporen nog altijd achterlopend op de problematiek aldus de Liberty Foundation. CCTV in het VK helpt misdaad te voorkomen, maar CCTV word niet vertegenwoordigt in een groot deel van het veiligheidsbudget.
Moderne methode camera's
Een nieuwe ontwikkeling is het gebruik van slimme camera's. Slimme camera's kunnen niet alleen beelden opnemen, maar die beelden - en ook geluid - analyseren. Beveiligingspersoneel kan dan worden gewaarschuwd als er iets is iets bijzonders word weergegeven om hun schermen. Dit maakt de moderne methode om criminelen op te sporen alleen maar groter toch?
Dit maakt het mogelijk meerdere afbeeldingen tegelijk te bekijken en af te spelen. Slimme camera's kunnen de volgende functies zijn uitgerust: bewegingsdetectie, bewegingsanalyse, Invasiedetectie en gezichtsherkenning. Volgens het Rathenau Instituut zijn nog steeds problemen met de installatie van de slimme camera's in openbare gebieden. Bijvoorbeeld dat de camera er moeite mee heeft om onderscheid te maken tussen twee delen van het beeld, bijvoorbeeld een persoon die naast een stilstaande koffer staat. Hij laat ook zien dat het detecteren van afwijkend gedrag moeilijk is in een drukke omgeving en lawaaierige ruimte. Een te strakke instelling leidt tot valse positieven, terwijl te los afstellen kan leiden tot ondermaatse prestaties. 1% fout genereerd een groot aantal fouten in een druk station. Ook gezichtsherkenning in een natuurlijke menigte is nog steeds niet helemaal haalbaar.

Joustra National Counter-Terrorisme Coördinator spreekt verwachtingen uit dat camera's kunnen worden gebruikt om terrorisme te bestrijden en een moderne methode kan zijn om criminelen op te sporen. Slim gebruik de camera kan afwijkende gedragspatronen detecteren. Met de huidige gedragsproblemen en gezichtsherkenning lijkt op dit moment echter geen optie. De tweede ontwikkeling betreft de uitbreiding van cameratoezicht naar mensen die constant in de gaten worden gehouden, bijvoorbeeld in het centrum van grote stad. Vooral als de camera deel uitmaakt van het bovenstaande netwerk zijn dergelijke toepassingen binnen handbereik. Dus het zou kunnen zijn dat camerabeelden kunnen worden gekoppeld aan locatie gegevens van mobiele telefoons. Ook camerabeelden met kentekenherkenning kunnen worden gekoppeld aan politiedossiers of gegevensbestanden met onbetaalde of hangende boetes belastingschuld. Tot nu toe waren openbare en particuliere cameratoezicht gescheiden. Maar het is of deze scheiding op lange termijn kan worden gehandhaafd. Camerabeeld van in het privédomein al door opsporingsdiensten kunnen worden aangevraagd. Ook gebeurt dat in stedelijke of regionale kijkzones, zowel openbaar als privé.
Conclusie
De conclusie is dus eigenlijk als volgt. De moderne opsporingstechnieken om criminelen op te sporen schuurt dus steeds met de wetgeving. Ook speelt de privacy van derden een grote rol in de opsporing van criminelen. Er word namelijk ook inbreuk gemaakt op iemand zijn privacy die ook te horen of te zien is. Wetgeving loopt altijd een stuk achter op de actuele situaties die plaatsvinden, waardoor er naderhand toch kan worden ingegrepen door de zittende magistraat in Nederland. Het is dus altijd een kat-en-muis spel tussen opsporingsdiensten en de wetgeving wat wel maar vooral wat niet mag.
bron omslagfoto: Unsplash